• Alle vragen en antwoorden over de vrijwilligersvergoeding
  • Alle vragen en antwoorden over de vrijwilligersvergoeding
  • Alle vragen en antwoorden over de vrijwilligersvergoeding
TvdW
24-03-2023

De belastingregels voor het vergoeden van vrijwilligers via de zogeheten vrijwilligersvergoeding leiden tot veel onduidelijkheid en vooral oneerlijkheid. Dat schreven de Landelijke Cliëntenraad (LCR) en het Nibud in een rapport. Dat rapport ging over de effecten die het uitkeren van een vrijwilligersvergoeding allemaal kan hebben wanneer vrijwilligers ook een andere toeslag of uitkering ontvangen. De effecten van de vrijwilligersvergoeding bleken zelfs zo negatief uit te pakken, dat er uiteindelijk Kamervragen over gesteld zijn aan verantwoordelijke ministers Van Gennip (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) en Schouten (Armoedebeleid, Participatie en Pensioenen) door Barbara Kathmann van de PvdA. In deze blog praten we je bij over de belangrijkste vragen én antwoorden rondom de vrijwilligersvergoeding!

 

Vrijwilligersvergoeding: hoe zat het ook al weer?

Voordat we alle vragen en antwoorden over de vrijwilligersvergoeding van de Kamer behandelen, is het verstandig eerst even te kijken hoe de kostenvergoeding in elkaar steekt. De vrijwilligersvergoeding is in het leven geroepen om vrijwilligers tegemoet te komen in de kosten die zij maken voor hun vrijwilligerswerk. Door het vooraf vaststellen van de vergoeding (1900 euro per jaar of 190 euro per maand) staan, hoeft niet elke kostenvergoeding aangetoond te worden met bewijs. Zo ontstaat geen onzekerheid rondom eventuele loonheffingen en blijft de administratieve last zo laag mogelijk. Wanneer een vrijwilliger meer kosten maakt, kan hij/zij dit alsnog inzichtelijk maken en aantonen. De kosten voor de vrijwilligersvergoeding zijn onbelast en hebben zo geen loonheffing tot gevolg.

 

Barbara Kathmann, het Kamerlid dat namens PvdA onderstaande vragen heeft gesteld aan ministers Van Gennip en Schouten (bron: PvdA)

 

Hoe zit het met onduidelijke en oneerlijke regels rondom vrijwilligersvergoedingen, die vrijwilligers met een uitkering of toeslag in te problemen brengt?

De verantwoordelijke ministers geven aan dat het werk dat vrijwilligers doen enorm waardevol en te waarderen is. Daarom zou onduidelijkheid rondom regels niet moeten kunnen. Ze geven aan dat het kabinet in gesprek wil met LCR om zo de regels te verduidelijken.

 

Vrijwilligers worden soms gedwongen te stoppen met hun vrijwilligerswerk vanwege deze regeling. Wanneer een vrijwilliger bijvoorbeeld een bijstandsuitkering heeft en 1 euro te veel vrijwilligersvergoeding ontvangt, moet diegene 1 jaar lang 150 euro van deze uitkering terugbetalen. Hoe kan dit?

Het gedwongen moeten stoppen met het uitvoeren van vrijwilligerswerk is ‘absoluut onwenselijk’, vooral wanneer dit dankzij onduidelijke regelgeving komt. Ook hier is meer duidelijkheid dus nodig.

Voor het antwoord op deze vraag grijpen de ministers terug naar de Participatiewet. Die geeft het maximumbedrag voor de vrijwilligersvergoeding van 1900 euro per jaar aan. Wanneer iemand deze 1 euro extra ontvangt, is het de bedoeling dat alleen het extra bedrag in aanmerking genomen wordt. De vrijwilliger hoeft in dit geval dus niet terug te betalen over het volledige bedrag. Kan een vrijwilliger aantonen dat de extra vergoeding is uitgekeerd op basis van daadwerkelijk gemaakte kosten? Dan wordt een eventueel hoger bedrag ook nog buiten beschouwing gelaten. Hier gaan de ministers de gemeenten en SVB (de Sociale Verzekeringsbank) op attenderen, zodat zij deze regels goed blijven handhaven.

 

Extra onkosten zoals reiskosten worden opgeteld bij de vrijwilligersvergoeding, waardoor het maximumbedrag al snel overschreden wordt. Wat wordt hier aan gedaan?

Juist voor deze medewerkers is het dan belangrijk hun onkosten goed in kaart te blijven brengen. Dan kunnen zij deze extra kosten ook binnen de regeling vergoed krijgen. Dit levert dan wel automatisch meer administratie op voor deze vrijwilligers. Het kabinet geeft aan te willen kijken naar het verduidelijken van deze regels, samen met LCR. Zo kunnen zij deze groep vrijwilligers met hoge kosten beter informeren over alle mogelijkheden.

 

Veel Nederlanders hebben het moeilijk om rond te komen in deze tijden. Hoe wordt dan toch deze kromme regeling verklaard?

De ministers geven nogmaals aan hoe waardevol hun inzet is. Daarom zijn onduidelijkheid en oneerlijkheid uit den boze. Wel geven ze aan dat LCR het ontstaan van de vrijwilligersvergoeding niet uit het oog moet verliezen. Die is namelijk bedoeld om administratieve lasten te verminderen en dus niet als vrijstelling van inkomen. De regeling is niet bedoeld om financiële prikkels aan vrijwilligerswerk te koppelen of het inkomen van mensen met een uitkering aan te vullen. Het principe van vrijwilligerswerk is natuurlijk dat dit vrijwillig, zonder financiële compensatie, wordt uitgevoerd. Vrijwilligerswerk moet daarbij niet het betaalde arbeid in de weg gaan zitten.

 

Hoeveel mensen doen op dit moment vrijwilligerswerk terwijl zij een uitkering ontvangen? En hoeveel daarvan moeten hun vergoeding (deels) terugbetalen?

Er zijn geen cijfers bekend rondom deze groep vrijwilliger aangezien deze niet centraal geregistreerd zijn, geven de ministers aan. Op deze vraag kunnen ze dus geen concreet antwoord geven.

 

Welke maatregelen zijn er mogelijk om de regels voor vrijwilligers met een uitkering of toeslag te verduidelijken?

Voor het antwoord op deze vraag grijpen we weer even terug op de Participatiewet. Die schrijft voor dat een bedrag van 1900 euro zonder bewijslast algeheel vrijgelaten is. Maar: kunnen vrijwilligers aantonen dat ze meer dan 1900 euro onkosten hebben gemaakt? Dan kan ook dit hogere bedrag volledig vrijgelaten worden. Daarmee geven de ministers aan dat de Participatiewet volgens het LCR en het Nibud anders geïnterpreteerd is dan daadwerkelijk het geval.

Ook zijn er verschillende fiscale aspecten aan de vrijwilligersvergoeding gekoppeld. Daarom gaan de ministers met andere ministers en staatssecretarissen, bijvoorbeeld die van Financiën, kijken hoe zij dit kunnen verduidelijken.

Het aanpassen van een dergelijke regeling is enorm complex. Deze aanpassingen kunnen namelijk ook invloed hebben voor bijvoorbeeld belastingen, waardoor de ministers niet op voorhand aan kunnen geven wat er precies aangepast gaat worden. Wel beloven de ministers dát er een aanpassing plaats gaat vinden. Ook wil het kabinet betere voorlichting gaan geven. Het LCR gaat hierbij een belangrijke rol vervullen.

Terug naar overzicht
Cookies
Wij maken gebruik van cookies zoals omschreven in ons Privacy document. Klik op onderstaande button als u hiermee akkoord gaat. Of klik hier om deze melding te verbergen
Akkoord
×